Week 2 | Woensdag 8 januari | Thema 5 | 5a/b |
Vandaag praten we in thema 5 nog steeds over geldzaken. Je leert hoe je jouw financiën regelt en hoe je informatie vraagt over geldzaken. Je leert wanneer je moet sparen of besparen en je leert wanneer je een klacht moet indienen en hoe je dat het beste kunt doen. In 5A komen de ‘scheidbare werkwoorden en de ‘onbepaalde tijdʼ aan de orde. In deel 5B gaan we daar dieper op in en combineren we dat met hoofden bijzinnen.
Vandaag weer extra aandacht voor intonatie. Cursisten begrijpen of er een reactie wordt verwacht of dat de spreker nog niet klaar is en herkennen aan de intonatie of iemand klaar is om te spreken.
We pakken allemaal een computer | Met een muis en een koptelefoon en we loggen in… | ||
9 00 | Welkom!!!!
Geen stuiver waard, een dubbeltje op zijn kant… |
||
Extra oefeningen Geldzaken | Extra oefeningen; op www.oefenen.nl vind je veel extra oefeningen.
Ook voor geldzaken en omgaan met geld Heb je thuis ingelogd en een account aangemaakt? |
||
Grammatica/ voegwoorden
(dit onderdeel konden jullie thuis doen, maar hebben jullie dat ook gedaan?) |
– Bekijk hier een filmpje over de theorie van voegwoorden/ signaalwoorden.
– Doe oefeningen met voeg- en signaalwoorden: |
||
Flaps | Iedere cursist schrijft een zin op die hij/ zij moeilijk vindt.
We bespreken het woord en de betekenis van de zin. |
||
Uitspraak | Dalende of hangende/ zwevende intonatie.
Herken je aan de intonatie of iemand klaar is met spreken. Neem een broodje. En koffie of thee. Reken af bij de kassa. En ga naar de kantine. Wat gebeurt er aan het einde van de zin? Luister nog eens: Geef je tas maar hier. Doe je jas uit. En ga zitten. We spreken de zinnen klassikaal uit. Oefening 2: Werkblad 19 Lees de tekstjes, luister naar de uitspraak. Doe dat in de klas, achter de computer met de koptelefoon. Ga daarna ergens op een rustige plek zitten en spreek de tekst in op de app. Gebruik niet de groepsapp, maar stuur jouw uitspraak naar mij alleen. Ga ergens in de bibliotheek zitten om te oefenen en de tekstjes in te spreken. |
||
Pauze (15 minuten) | |||
Zelfsturend dictee | Cursisten oefenen met elkaar zinnen uit thema 5A | ||
Lezen | Thema 5 oefening 12.
De docent leest de tekst voor. Cursisten herhalen de zinnen. We bespreken de moeilijke woorden. |
||
Spreken | Thema 5; oefening 13, 21 en 22 | ||
Kahoot | We spelen de Kahoot van thema 5 | ||
Huiswerk | Schrijven: Thema 5: Oefening 23 maken en opsturen via de mail naar thed.brans@gmail.com In je boek: Oefening 24, 25, 26.
Leer de moeilijke woorden met de quizlet van hoofdstuk 5 Lezen 6A, oefening 1. Maken oefening 2, 3. |
||